Lezen in de lerarenopleiding

Hoe het voor mij allemaal begon….

Een lector die vraagt om vrijwillig aan iets deel te nemen na je dagelijkse, verplichte uren is niet meteen iets waar je voor staat te springen, toch?
Maar toen ik haar vol passie hoorde vertellen over ‘Het Lezerscollectief’, was mijn nieuwsgierigheid toch geprikkeld.
Lezen is iets wat ik doodgraag doe, maar wat er door het vele werk vaak niet meer van komt.
Iemand die dit dan voor jou doet, en bijkomend ook een zeer aangename stem heeft waardoor je echt tot rust kan komen, dat was de oplossing.
De eerste samenkomst was, zoals Sofie al vermeldde, een beetje onwennig.
Niemand wist echt wat er ging komen, of wat er van ons verwacht werd.
Snel een koekje eten, een beetje onwennig van de koffie drinken en een beetje rondkijken in de hoop dat iemand iets zou zeggen tijdens de pauzes.
Toch was ik blij dat ik me had opgegeven. Ik voelde me na deze sessie ontspannen en keek al uit naar de volgende bijeenkomst.
Deze kwam er ook snel, op dinsdagnamiddag, tijdens de persoonlijke werktijd.
Voor mij voelde het als een momentje van rust, een moment waarop je niet hoeft te denken aan taken die op je wachten of lessen die je moet geven.
En zo voelt het vandaag nog steeds.
Bij elke bijeenkomst voel je de band tussen de vrijwilligers groeien.
Er is geen schroom om iets te zeggen, je kan het vertrouwen noemen…
Want dat is volgens mij één van de sterktes van dit project.
Je voelt je zodanig op je gemak, dat je niet bang hoeft te zijn om afgerekend te worden op wat je zegt.
Tijdens het Lezerscollectief gaat het vaak over persoonlijke zaken. Je graaft dieper in jezelf, je haalt beelden op die misschien niet altijd even prettig zijn, of juist wel, en dan vertel je en het gaat vanzelf.
Je vertelt wat je ziet, wat je voelt en wat je denkt.
Je vertrouwt de mensen om je heen, je vertrouwt erop dat wat in deze ruimte verteld wordt, ook in deze ruimte blijft.
Dat vertrouwen komt volgens mij door mevrouw Van den Bossche.
Tijdens de bijeenkomsten stelt ze zich niet op als lector Nederlands, maar als persoon die een passie heeft voor lezen, iemand die echt naar je luistert en dat maakt het net bijzonder. Een kleine familie, met een bijzondere band. Je luistert, je voelt en je deelt.

Tine Depauw

 

En nog een boekrecensie

Samen sterke verhalen vertellen is een uitgebreide verzameling korte literaire verhalen en gedichten van schrijvers uit voornamelijk Nederland en België, al staan er ook een aantal vertaalde verhalen tussen. Het Lezerscollectief, de groep mensen die deze bundel heeft samengesteld, koos verhalen en gedichten die ze uitermate geschikt vonden voor een ‘revolutionaire’ manier van lezen: samen en hardop.

Je kunt deze bundel ‘gewoon’ gelezen, dus in stilte en alleen. Maar dan nog krijg je het gevoel dat het perfecte stukjes zijn om voor te lezen; de verhalen zijn niet te lang en niet te kort, net als de gedichten, ze zijn goed geschreven en houden de spanning of interesse van de lezer (of luisteraar) vast. Dat ligt natuurlijk aan de auteurs van wie de teksten gekozen zijn, maar het ligt ook aan de goede vertalingen; het valt niet zo op dat sommige verhalen vertaald zijn, en andere oorspronkelijk in het Nederlands geschreven zijn.

Verhalen en gedichten wisselen elkaar voortdurend af, en vaak past het onderwerp van het gedicht bij het voorafgaande verhaal. Soms is dat duidelijk, zoals een verhaal over zwemmen gevolgd door een gedicht over hetzelfde onderwerp (maar dan vanuit een totaal andere hoek benaderd), soms iets subtieler. Achterin is wel een lijstje met trefwoorden opgenomen, zodat je snel verhalen en gedichten kunt vinden die over dat onderwerp gaan (bijvoorbeeld ‘dromen’, ‘durf’, ‘eenzaamheid’, ‘familie’, of ‘generatiekloof’).

De onderwerpen van de verhalen en gedichten van de 69 verschillende auteurs lopen eigenlijk zo uiteen, dat het vrijwel ondoenlijk is een favoriet aan te wijzen. Sommige zijn wat humoristischer, andere stemmen meer tot nadenken. Het is heel waarschijnlijk dat er voor iedereen minstens een aantal verhalen en/of gedichten tussen zitten die bevallen. Ook als je verder nooit ‘literatuur’ leest, zijn dit allemaal heel toegankelijke verhalen en gedichten. En het is natuurlijk ook een ideale bundel om nieuwe auteurs mee te ontdekken!

Soms is de schrijfstijl opvallend, zoals in het verhaal van Paul van Ostaijen (‘Het gevang in de hemel, geschreven in 1920), maar vrijwel alle verhalen zijn geschreven (of vertaald) in moderner taalgebruik. Iets leuks dat opvalt, is dat bijvoorbeeld van Toon Tellegen niet alleen een gedicht in deze bundel is opgenomen, maar dat hij ook het verhaal van Axel Hacke heeft vertaald.

De paar typefouten in deze bundel vallen amper op; enkel een paar ontbrekende leestekens en af en toe een weggevallen letter. Zeker geen dingen die je merkt als het aan je voorgelezen wordt.

Het boek sluit af met een interview en ervaringsverslagen over de samenleesgroepen. Het concept van zulke voorleesgroepen is interessant – je moet dan nadenken over de verhalen die je kiest om voor te lezen. Korte verhalen zijn daar inderdaad geschikt voor, omdat de luisteraar dan niet naar huis gaat met een verhaal dat nog niet af is. Deze bundel maakt het kiezen van zo’n voorleesverhaal een stuk makkelijker. Het Lezerscollectief heeft deze bundel met zichtbaar veel aandacht samengesteld, en dat maakt het extra leuk om te lezen.

Een half jaar komen lezen in vooruit

Het hart is een poema op de hoogvlakte. We lezen een gedicht van Davide Rondoni, en verwijzen met deze zin subtiel naar de bijzondere leessessie van vorige week. Toen lazen we het allereerste verhaal uit ‘Samen sterke verhalen lezen’, het prachtig uitgegeven boek waarin veel leesinspiratie te vinden is. Bij het openingsverhaal uit die bloemlezing, ‘Twee woorden’ van Isabel Allende, pikt B. in op het beeld van een poema. B. is er al van bij het begin bij, en heeft nog nooit een week overgeslagen. We staan telkens weer versteld over hoe hij schijnbaar onopvallende zinnen uit teksten weet te plukken. Het beeld van de poema, dat B. dit keer aanhaalt, blijft hangen. Annelore besluit hierop spontaan om niet het geplande gedicht, maar eentje uit haar hoofd voor te dragen – ‘Sonnet XI-Ik honger naar je mond.’ van Pablo Neruda. Ook hierin komt een poema voor (En hongerig besnuffel ik de schemer/jou zoekend, zoekend naar je bloedwarm hart/als poema in ’t verlaten Quitratue). Ze brengt het twee keer na elkaar, wat helpt om de woorden langzaam te leren kennen. Wanneer ze klaar is, haalt P., die er sinds enkele weken bij is en een aandachtige en enthousiaste meelezer blijkt, een bundel uit zijn tas. Het zijn de 100 liefdesgedichten van Pablo Neruda, waarin ook het poema-gedicht staat dat Annelore zopas heeft voorgedragen. We sluiten de sessie af met P. die het gedicht nog eens in het Spaans voorleest en verwonderen ons over zoveel mooi toeval rond een poema. Poema, het Spaanse woord voor gedicht.

*
Een zestal maanden lezen we nu al voor in De Blauwe Kamer op de derde verdieping in De Vooruit. Iedere week opnieuw staan thee, koffie en koekjes voor ons klaar, een luxe waar we steeds weer blij van worden. Nu de dagen weer lengen zien we opnieuw de zon ondergaan achteraan de Bagattenstraat. Een tafel, tien stoelen, en het verhaal begint.

*

We zijn er iedere week op dinsdag. Met z’n tweeën, omdat we erop uitkwamen dat het nog leuker is om de sessies samen te begeleiden en samen op zoek te gaan naar vers leesvoer. We gaan er prat op geen twee keer dezelfde schrijver voor te schotelen en hebben van verhalen sprokkelen een ware sport gemaakt. De enige criteria bij het zoeken naar een goed verhaal of gedicht zijn 1. Dat het goed geschreven is 2. Dat het ons raakt, dat er menselijkheid uit spreekt. En misschien ook wel een beetje 3. Dat de tekst ruimte open laat voor interpretatie. Want dat is net het mooie, hoe we door de inbreng van iedereen verrijkt uit het Blauwe Kamertje komen. Hoe iedereen zijn eigen kleur toevoegt aan de tekst. Hoe we elkaar niet kennen, maar rond die tafel toch kunnen delen wat de tekst met ons doet.

Masterclass Adian Chambers

Op 16 mei 2015 gaf Aidan Chambers een masterclass voor onze leesbegeleiders. Tell me en The Reading Environment stonden centraal. Vanuit beschouwingen over het belang van lezen naar boven en de kracht van het voorlezen, bracht Aidan ons in een workshop (tweede gedeelte) bij een gezamenlijke lezing van het picture book Where the wild things are van Maurice Sendak.

Voor de bibliotheekmedewerkers, leraren en lerarenopleiders onder ons was het een prettig weerzien. Zijn inzichten zijn al decennia een bron van inspiratie.

Reading literature gives us images to think with.

— Aidan Chambers

Wie Aidan Chambers graag zelf aan het werk ziet, kan de lezing die hij voor Stichting Lezen (Nederland) gaf, bekijken op youtube.

https://youtu.be/l7aFGTycvfI